‘Werkplekleren moet ook tijdens coronacrisis door kunnen gaan’

Als er ergens nieuwe medewerkers welkom zijn, dan is het wel in verpleeg- en ziekenhuizen. Toch hebben juist die zorgmedewerkers door de coronacrisis minder tijd voor stagiair(e)s of begeleiding van studenten in werkplekleren. ‘Zonde,’ zegt Vilans-adviseur Karlijn Kwint. ‘Zeker omdat werkplekleren studenten helpt om sneller in te stromen in een baan in de zorg.’

Het is natuurlijk wel te begrijpen dat organisaties nu vooral in de overleefmodus zitten. Kwint: ‘In tijden van crises schieten mensen al snel in beheersgedrag. Logisch ook. Maar het is belangrijk om ook weer uit die kramp te komen. Want nu willen beheersen dient vooral de zorg op de korte termijn. We moeten ook weer vooruitkijken en ‘toekomstbeheerst’ worden.’

Voorbeeld uit de praktijk

Hoe zorgt de Hogeschool Leiden toch voor praktijkleren? Met een fysiek beroep als verpleegkunde is praktijkonderwijs in tijden van corona een uitdaging. Hoe heeft Hogeschool Leiden hier een weg in gevonden? En hoe hebben zij docenten en studenten daarin goed meegekregen?

  • Binnenkort verschijnt op deze site het artikel ‘Hogeschool Leiden: ‘Geen discussie mogelijk over coronaprotocol’’

Beter aansluiten op de praktijk met werkplekleren

Vilans werkt mee aan het driejarige onderzoek ‘Zorg voor de Toekomst’ om werkplekleren in de zorg verder te ontwikkelen. Werkplekleren is een mengvorm van het aan de slag gaan in de praktijk en het volgen van onderwijs. Dit heeft een aantal voordelen. Zo zorgt werkplekleren ervoor dat studenten sneller kunnen doorstromen naar de praktijk en dat ze beter aansluiten op de praktijk door het opdoen van relevante kennis.  Momenteel doen vier mbo’s mee met het onderzoek. Daarbij worden verschillende scenario’s onderzocht. Een van de scenario’s is dat studenten ’s ochtends onderwijs volgen en ’s middags in de praktijk werken.

Relevantere kennis kunnen aanbieden

Kwint: ‘Vanuit het onderwijs bestond de behoefte om te kijken naar meer flexibele modellen van leren. Ons onderzoek is daarbij gericht op de effectiviteit van werkplekleren en het in kaart brengen van ‘werkende principes’. Deze werkzame principes worden vervolgens aan onderwijsinstellingen en zorgorganisaties beschikbaar gesteld.’

Quotes van deelnemers aan Zorg voor de Toekomst

Waarom is dit onderzoek belangrijk?

  • Ineke (ROC Nijmegen): ‘Voor mij is onderzoeken bijna een synoniem van leren. Dus ja, onderwijs 2020: samen onderzoeken is samen leren en samen werken. En dat geldt dus niet alleen voor studenten, maar zeker ook voor de docent, de werkbegeleider en de mensen op de werkvloer.’
  • Willy (Graafschap College): ‘Ik ben nieuwsgierig naar hoe je de leeromgeving (of praktijkleerroute) kunt verbeteren. En: Hoe kom je van een ‘wij de instelling’ en ‘wij de school’ naar een ‘wij in de praktijkroute’, zodat je samen werkt, samen doorontwikkeld, samen evalueert en samen problemen oplost.’
  • Pietie (ROC Friese Poort): ‘Om de student goed voor te bereiden op de beroepspraktijk, is in het leren de gelijkwaardigheid van de betrokken partijen een voorwaarde. Het is belangrijk dat de betrokken partijen samen goed nadenken over wat de zorg van de toekomst is en samen tot een manier komen die werkt.’

‘Vraagstukken worden directer opgepakt’

Kwint: ‘Bij werkplekleren kan het zijn dat de docent lesgeeft op de locatie zelf. Dit heeft belangrijke voordelen. Vraagstukken worden directer opgepakt op het moment dat het ook nodig is. Stel een student zit in jaargang twee, maar moet een infuus prikken. Dit krijgt zij in de opleiding bijvoorbeeld pas in jaargang vier. Maar als er een docent aanwezig is, kan dit direct opgepakt worden, waardoor het veel beter beklijft.’

 ‘Met elkaar vorm je het lerende systeem’

Dit vraagt natuurlijk wel wat van zorgorganisaties. Kwint: ‘Denk hierbij aan een bepaalde mate van flexibiliteit en wendbaarheid. Zorgprofessionals zijn daarbij ook meer dan stagebegeleiders. Ze zijn ook echt mensen die kennis overdragen. Met elkaar ben je het lerende systeem. Daarbij is de kennis van studenten en zorgprofessionals veel gelijkwaardiger aan elkaar. Studenten komen met actuele kennis de praktijk binnen. Daar kunnen ook zorgprofessionals weer hun voordeel mee doen. Het leren, reflecteren en het ontwikkelen komt zo dichter bij elkaar.’

Onderwijs op maat

Vilans is betrokken bij Zorg voor de Toekomst om ook intensiever samen te werken met het onderwijs. Kwint: ‘Als kennisinstituut zijn we er op gericht om kennis over te dragen die van belang is voor de praktijk. Zodat de kennis die er is zo goed mogelijk toegepast kan worden. Door dit onderzoek worden zorg en onderwijs met elkaar verbonden. Samen leer je zo wat het beste werkt voor de toekomstige professional. We willen niet alleen werken aan ‘kennis op maat’, maar ook aan ‘onderwijs op maat’. Daarom werken we samen met mbo’s, hbo’s en universiteiten. We merken dat studenten nu al veel komen op het Kennisplein Zorg voor Beter, dat we samen met partners van relevante kennis voorzien. In het dossier Onderwijs vinden studenten en docenten kennisbundels, een online videotheek en andere lesmateriaal.’

Draag bij aan ons onderzoek

Bent u betrokken bij het leren in praktijk in uw zorgorganisatie? Bijvoorbeeld als opleidingsmanager of coördinator van stageplekken? En wilt u graag uw ervaringen delen? Geef u dan op voor de klankbordgroep van Zorg voor de Toekomst. De klankbordgroep zal twee verdiepende sessies houden die ongeveer in december en/of januari zullen plaatsvinden. Interesse? Stuur dan een mail aan Karlijn Kwint.

De aan Zorg voor de Toekomst deelnemende organisaties zijn: Friese Poort, Nova College, Graafschap College, ROC Nijmegen, HAN Kenniscentrum Kwaliteit van leven, ECBO enVilans.

Thema
Arbeidsmarkt
Soort item
Nieuws
Thema tags
behoud
instroom
Trefwoorden
flexibele modellen
lerende systeem
onderwijs op maat
Relevantere kennis
studenten
werkplekleren
Contactpersoon